Voor wie is tijd-en plaatsonafhankelijk werken (niet) geschikt?

Technologische revoluties en het wijdverspreide gebruik van informatie en communicatie technologieën hebben onze opvattingen over de locatie, het doel en de waarde van ons werk veranderd. De snelle vooruitgang van ICT in de moderne samenleving laat ons toe om tijdsonafhankelijk (waarbij flexibiliteit in waar en wanneer medewerkers werken) en plaatsonafhankelijk (flexibiliteit in waar werk wordt uitgevoerd) te werken.

Tijds- en plaatsonafhankelijk werken (TPOW) kan de positieve uitkomsten voor werknemers en organisaties verbeteren (zoals  productiviteit, tevredenheid, motivatie…) en de negatieve uitkomsten verminderen (absenteïsme, verloop, tijdsverlies,…). Het kan echter ook nadelige gevolgen hebben voor werknemers en organisaties. Daarom is het belangrijk om te weten voor wie plaats- en tijdsonafhankelijk werken al dan niet werkt.

Deze studie onderzocht in welke mate werknemers het gevoel hebben dat het plaats- en tijdonafhankelijk werken hun functioneren verbetert. Bovendien gingen de onderzoekers na of deze gepercipieerde effectiviteit afhankelijk is van de individuele psychologische behoeften. Concreet werd onderzocht in welke mate de gepercipieerde effectiviteit van TPOW afhankelijk is van volgende 4 psychologische behoeften: nood aan autonomie, nood aan verbondenheid, nood om zich competent te voelen en nood aan structuur. Nieuwe manieren van werken kunnen immers enkel succesvol zijn indien ze aansluiten bij de psychologische behoeften van werknemers.

De resultaten toonden aan dat TPOW vooral geschikt is voor  werknemers met een grote behoefte aan autonomie en met een kleine behoefte aan verbondenheid en structuur. De effectiviteit van TPOW is dus afhankelijk van de psychologische behoeften van de werknemers. Dit is in lijn met ander onderzoek dat aantoont dat werknemers beter presteren en meer gemotiveerd zijn wanneer de werkomgeving afgestemd is op hun behoeften en mogelijkheden. Dus, de implementatie van TPOW moet niet beschouwd worden als een ‘alles of niets’ of  ‘one size fits all’ kwestie. Om de juiste oplossing voor elke werknemer te vinden moeten de psychologische behoeften van elke individuele medewerker in overweging worden genomen.

Verder werd geen bewijs gevonden voor het feit dat de behoefte om zich competent te voelen op het werkin verband staat met de gepercipieerde effectiviteit van TPOW. Mogelijk is TPOW niet voldoende om tegemoet te komen aan de nood om zich competent te voelen, gezien het uitdagende karakter van een job eerder afhankelijk is van de werkhinhoud dan van de manier waarop het werk wordt georganiseerd.

De publicatie kan hier gedownload worden!